Spitten of niet spitten, that’s the question. Er is steeds meer over te doen in het tuinwereldje, de grond niet meer omspitten. Dat is voor sommigen vloeken in de kerk, voor anderen een gebed dat verhoord word. Ik spit in mijn eigen tuin nauwelijks omdat je in een cottagegarden veel te veel kapot maakt als je gaat spitten. Het is me al eens opgevallen dat ik vaak gewoon met mijn handen de grond kan openmaken om een plantje te planten of te zaaien. Het werkt dus en alles groeit als een gek. Het bewijs is in dat opzicht dus geleverd.
Spitten of niet spitten, de argumenten:
Een Friese boer zei op internet: “Nu ik niet meer ploeg zie ik meer regenwormen, de gewassen wortelen beter, de grond is ruller en de opbrengst is ook nog hoger.” Spitten of niet spitten, meer hoef je niet te weten. In de toplaag van tuingrond krioelt het van leven. Bacteriën, schimmels en andere beestjes zijn van onschatbare waarde voor de vruchtbaarheid en structuur van onze tuingrond. Bij het spitten loop je het risico dat je al dat nuttige leven diep onder spit en verliest door gebrek aan zuurstof. Maar ook het omgekeerde zal gebeuren. Leven uit diepere grond zal juist sterven door de zuurstof die vrijkomt bij het spitten. Vervolgens zal het weer enige tijd (minstens weken) duren voor de volledige balans in de tuingrond weer hetsteld is. Ondertussen schiet het onkruid de grond uit en moet er als een dolle gewied worden. Spitten of niet spitten is dus eigenlijk niet aan de orde.
Bloemenborders of een Cottagegarden spit je per definitie niet:
In een cottagegarden of een bloemenborder ga je sowieso niet spitten omdat je dan veel planten die pollen vormen kapot maakt. Dus met een vork tussen de planten door de grond verticuteren of verluchten (gaatjes prikken) en soms even draaien om de boel een beetje los te maken. En natuurlijk altijd mulchen. We bewerken de grond nog wel: Het is dus niet zo dat we de grond helemaal niet meer bewerken. De bovenste 15 cm blijf je (waar nodig, bijvoorbeeld bij planten en zaaien) bewerken door er onkruid uit te halen, de laag los te maken zodat mest en voeding beter word opgenomen en er mulch over heen te strooien om voeding in de grond te werken en het vocht op peil te houden. Schoffelen is zo’n klus die we gewoon blijven doen.
Spitten zorgt voor meer onkruid
Spitten hakt wortels in stukken en op die manier verspreid onkruid zich. Afdekken met mulch, houtsnippers of anderszins is beter en verstikt het onkruid.
Zaad van onkruid ontkiemt in verstoorde grond.
Een aantal woekerende onkruiden ontkiemen op verstoorde grond. Soms vinden we dat fijn, zoals bij klaprozen. Maar de meeste soorten willen we niet en woekeren snel door.
Laat de grond met rust.
Grond is een uitgebalanceerd evenwicht met vele organismen die allemaal hun plekje hebben in diverse grondlagen en dieptes. Licht, zuurstof en andere beestjes spelen een cruciale rol in dat evenwicht. Het omwerken van grond brengt organismen in andere grondlagen dan waar ze thuis horen. Ze verliezen hun werking en de balans moet weer herstellen. Zonde van de tijd en moeite, laat de grond gewoon met rust.
Betere vochthuishouding:
Als je grond gewoon laat liggen maar wel met een laagje mulch / organisch materiaal bedekt neemt deze grond beter vocht op. Maar belangrijker nog, hij houd het vocht beter vast. Dat betekent minder water geven en minder sproeien. Beter voor het milieu en de portemonnee.
Voeding in de grond brengen:
Normaal gesproken komt er nieuwe voeding in de grond doordat organisch materiaal op de grond valt, afgebroken word en in de grond terecht komt. Dit gebeurt door een veelheid aan bacteriën en beestjes die in de verschillende grondlagen voorkomen. Ga je spitten dan komt onverteerd materiaal op de verkeerde plek terecht en verteren langzamer waarbij de stikstofhuishouding kunnen verstoren. Het zonder meer in de grond stoppen van organisch materiaal is dus niet effectief. Laat het op de grond liggen en langzaam in de grond trekken, dat is ook nog beter voor de vochthuishouding. Ook hier is spitten of niet spitten geen vraag maar een constatering
De grondstructuur verbetert:
Alles bij elkaar verbetert de structuur van je grond juist door niet te spitten. Voorwaarde is de aanwezigheid van voldoende wormen, mulchen met organische materialen en een goede balans tussen klei, zand en humus. Maar zelfs kleiige en droge grond is er bij gebaat om niet te bewerken. In het voorjaar ben je sneller aan de gang: Je hoeft dus niet eerst je hele tuin of border om te gaan werken. Bovendien is de balans niet verstoord dus plantjes die je zaait of plant gaan meteen aan het groeien. Haal oud materiaal weg, snoei waar nodig, hark de oude mulchlaag weg of opzij en klaar is kees. Vergeet niet bij grote pollen voeding en mest te geven, bij voorkeur gedroogde mest of compost.
Niet spitten bespaart dus moeite en tijd.
Ten eerste hoef je het gewoon niet te doen, dus tijdsbesparing is evident. Daarnaast is er indirecte tijdwinst omdat je minder hoeft te wieden.
En last but not least, waar zou de term “spit” vandaan komen als naam voor bepaalde rugklachten ? Inderdaad, spitten is slecht voor je rug en je word er bovendien erg moe van. Lekker op de bank met een kopje thee dus, veel beter voor je rug.
Spitten of niet spitten, de nadelen …
Het werkt niet als je geen wormen in de grond hebt
Het duurt langer want wormen nemen de tijd (ze kunnen geen klok kijken) Jje hebt veel compost en ander organisch materiaal nodig
Van oudsher spitten tuiniers, met name die een moestuin hebben, elk jaar hun tuin helemaal om. Ze doen dit om de grond te beluchten en de structuur te verbeteren zodat zaad sneller kiemt, onkruid onder controle is en om mest en voeding door de grond te werken. Bovendien ziet het er netjes uit en laten we wel wezen, we doen het al eeuwen dus het zal wel goed zijn.
Niet dus, het gaat juist beter als je de boel met rust laat en alleen de bovenste 15 cm bewerkt. Voorwaarde is dus wel dat je wormen in je tuin hebt.
Wat is het nut van regenwormen?
In het najaar vallen de bladeren van de bomen op de bodem. Door de het vochtige weer wordt het blad zacht. Het blad wordt vervolgens aan stukken gegeten door regenwormen. De wormen nemen stukken bladeren mee onder de grond. Daar vermalen ze het blad en eten het op. Door de ondergrondse zoektochten naar voedsel graven ze gangen in de grond waardoor de grond luchtiger wordt. Hierdoor kan water en lucht makkelijk en dieper in de grond komen. De gangen zijn voorzien van organische voedingstoffen van uitwerpselen van de wormen. De wortels van planten vinden deze gangen ideaal om in te groeien.
Als je in de tuin werkt moet je wormen tegenkomen. In mijn tuin zitten ze zelfs in de potten en bakken. Als je ze niet tegenkomt ga je naar de dierenwinkel en koop je ze. Gewoon in je tuin los laten en klaar ben je.
Kortom, spitten of niet spitten, ik weet het antwoord.
Terug naar de pagina over grondbewerking …
Geef een reactie