In dit artike over de kamperfoelie info over de grondsoort, bodem, standplaats, onderhoud en bemesting van deze illustere klimmer. Kamperfoelie is een klimplant die zo goed klimt dat hij zelfs het huis binnenkomt. Bij ons kwam hij ooit door een vrijwel onzichtbaar spleetje de garage in. Een ware kunstenaar dus. De bloemen van de kamperfoelie behoren tot de mooisten die er zijn. Het zijn bouwwerktjes waar de natuur echt zijn best op heeft gedaan. Kamperfoelie kun je beter een slingerplant noemen dan een klimplant. Het is een ware kunstenaar die in staat is hele muren, schuttingen en zelfs huizen in te pakken in een dichte bos takken, bladeren en prachtige roze, gele of witte bloemen.
Kamperfoelie, meesterklimmer
Kenmerken van de kamperfoelie:
Standplaats: Met de stam in de schaduw en koelte (net als de Clematis)
Grondsoort: Goede tot normale tuingrond, matig voedselrijk tot voedselrijk, humusrijk
Bodem: Neutral, doorlatend,
Bodem: vochthoudend tot vochtig, niet nat.
Hoogte: zelfs de kerktoren is niet veilig voor deze klauterartiest.
Insecten: vlindervriendelijk
Vogels: is uw kamperfoelie groot en dicht genoeg dan krijgt u al snel vogelnestjes.
Bijzonder kenmerk: hij ruikt heerlijk. Op een warme zomeravond kunt u genieten van de heerlijke geur van de kamperfoelie.
Winterhardheid:
kamperfoelie is half-winterhard of Semi-winterhard. Hij is in principe groenblijven maar bij matige vorst en kouder verliest hij zijn blad. De kamperfoelie die ik heb gehad en ook die van onze huidige buren verliezen hun blad in de winter.
Grondsoort:
Maakt weinig uit, hij doet het vrijwel overal. Het is echter geen uitgesproken plant voor zure of juist basische grond. Dus niet al te zuur of juist kalkrijk. Verder houdt hij wel van een beetje voedsel. Matig voedselrijk tot voedselrijk is dus het advies. Dus ook bemesten met organische compost en mulch.
Standplaats:
Bij ons stond de Kamperfoelie in een klein strookje grond naast de garage. Voldoende ruimte om te wortelen, de hele dag als stronk in de schaduw en halfschaduw. Maar de rest van de plant zat boven de dakgoot en langs de zijgevel en pakte zon en licht bij de vleet. En dat is het verhaal van de Kamperfoelie. De voet moet licht vochtig, matig voedselrijk en koel staan, dus nooit in de volle zon. De plant zelf zoekt de warmte en het licht op. Zet hem dus niet helemaal in de schaduw op een koele plek. Hij zal dan minder bloeien. De stronk in schaduw en halfschaduw, de rest van de plant (vanaf een centimeter of 50) op een zonnige, warme en lichte plek.
Onderhoud:
Afgezien van snoeien en extra water geven bij droogte heb je weinig aan deze illustere klimmer te doen. Hij heeft echter wel een steuntje in de rug nodig, letterlijk. Hij heeft geen hechtwortels. Dat betekent dat hij ondersteunig nodig heeft om “boven te blijven”. Zelf doet hij dat door om bomen en door struiken heen te slingeren maar dat kan niet tegen een gevel of schutting. Zet er dus altijd een rek of steunen neer waar hij tegenop kan klimmen. Anders loop je het risico dat de hele plant opeens op de grond ligt.
Snoeien:
Kamperfoelie moet regelmatig gesnoeid worden anders word het een rommeltje. Als je hem niet snoeit verwildert hij en krijg je kale plekken en houtige takken waaraan hij slecht bloeit. En dus moet hij in het vroege voorjaar (rond maart) even flink worden opgeschoond. Neem oude verwilderde takken in zijn geheel weg net als verhoutte en droge te dikke takken.
Flink terugzetten tot een basisvorm werkt ook goed. En vergeet niet altijd en paar echt oude, droge en houtige takken weg te halen zodat de plant zich kan verjongen.
In het najaar kunt u vormsnoei toepassen. Knip te hogen takken en takken die erg uitsteken af evenals oude en lelijke takken. Geef dan ook meteen mest in de vorm van koemestkorrels.
Is hij echt niet mooi meer snoei hem dan gewoon helemaal terug. U heeft dan een jaartje een wat kleinere plant, hij bloeit dan wel weer erg mooi. En het volgende jaar ligt hij alweer met zijn hele hebben en houwen in de dakgoot.
Soorten kamperfoelie:
Lonicera p. ‘Belgica’ (vroege bloeier, roze/wit)
Lonicera p. ‘Graham Thomas’(late bloeier, witte-crême bloemen)
Lonicera Heckrotii (klassieke roze/witte variant, groot, tot 8meter)
Lonicera p. ‘Serotina’ (Rood / purper, klassieke kamperfoeliebloem. Late bloeier)
Lonicera japonica ‘Halliana’ (wit)
Lonicera sempervirens ‘Superba’ (roodkarmozijnrood)
Lonicera henryi (purperrood)
Lonicera x browni ‘Dropmore Scarlett’ oranjerood
Lonicera tellmanniana (geel/oranje, relatief vroege bloeier)
Geef een reactie